Bij mijn dagelijkse wandeling passeer ik vier kolossale eikenbomen die veel plaats innemen in onze straat. Mooie natuur voor mij, maar een bron van irritatie voor de buurtbewoners die een heel jaar bezig zijn met de overlast die ze bezorgen. Om er een paar te noemen: de vallende eikels, het blad, de rupsen, de schaduw op de zonnepanelen, de vallende takken en de wortels. Prima achterin onze straat buiten de bebouwde kom, maar een eeuwige vijand voor de buurvrouw die ik niet los kan zien van haar bezem. Bezwaarschriften, klachtenbrieven, telefoontjes niets helpt. De eiken blijven. Gelukkig de bladkorf ook die buurvrouw moeiteloos in een keer vult.
Dan lopen we maar een stukje verder. Via het nieuwe park, dat nu een wat kale indruk maakt, nadat er volop gemaaid is, naar onze parel in de natuur, het Water aan de Warande.
Maar daar wordt intussen ook een doorkijkje gecreëerd.
Een doorkijkje? Je kijkt bijna door tot de snelweg! Met stevig materieel wordt een flink aantal bomen net boven de grond afgezaagd. Dat gaat heel wat sneller dan die eiken bij ons in de straat. Volgens een van de werklui hoef ik me nergens zorgen over te maken. Het zijn wilgen en die schieten weer opnieuw uit. Naar zijn zeggen waren de bomen te hoog doorgegroeid en het moest naar beneden gebracht worden, mede op verzoek van Defensie.
De vliegbasis wordt in de strijd geworpen? Oh ja? De grote transporthelikopters, de Cougars moeten hun waterzakken kunnen vullen voor oefening en in geval van brand, kreeg ik te horen. ‘Zou dat allemaal zo maar mogen?’ vraag ik me in alle onschuld af. Even bij de gemeente informeren. Daar is iedereen in bespreking, maar ik zal binnen twee werkdagen worden teruggebeld.
Dan maar eens navraag doen bij de NLGR, in de persoon van Guus van Roozendaal, coördinator van de Groene Brigade. Die slaat het beheerplan er op na en constateert dat er door achterstallig onderhoud te veel en te hoge begroeiing is ontstaan. Hij noemt het een inhaalslag. Natuurlijk is het maar net hoe je het bekijkt. Ik vond het een mooi stukske natuur en noem het kaalslag. En dat verhaal van die zware helikopters zit me ook niet helemaal lekker. Wat zouden daar al die watervogels en zwaluwen van vinden?
Het is al in het begin van de avond dat ik terug gebeld wordt vanuit de gemeente. Die ambtenaar maakt nog eens lange werkdagen! Ook hij leest voor uit het beheerplan en maakt me duidelijk dat er eigenlijk geen enkele boom mag staan rond die plas. Enkel laag struikgewas.
Een slag in het gezicht van de dagelijkse wandelaar die geniet van de diversiteit van dit aangelegd stuk natuur. Veel boeiender dan dat rijtje eikenbomen waaronder niks wil groeien. Maar ik vertrouw maar op de deskundigen die me vertellen: ‘Het komt goed!’
Ton de Bruyn